Visie
Zie, de deur staat reeds halfopen, we maken het makkelijk om even langs te lopen, onderweg , …
Er mag geen drempelvrees zijn om binnen te komen in het ‘Huis van Troost’. ‘Gastvrijheid’ mag hier in de meest letterlijke betekenis begrepen worden.
Voor hen op weg in een leven en op een punt gekomen waar verdriet het stappen zwaarder en de weg moeilijker begaanbaar maakt, willen wij rustpunt en ontmoeting zijn.
Er wordt ruimte gemaakt omdat we diep overtuigd zijn dat verdriet een plaats mag hebben in ons leven met en voor elkaar, maar ook een plaats mag hebben in een stad, in een straat, in een huis.
Er zijn vele namen horend bij droefheid en verdriet: verlies, sterven, eenzaamheid en het verborgene wat men zo moeilijk ziet.
Er zijn vele kamers in ‘Het Huis van Troost’ waar je jezelf kan zijn.
Er wordt tijd gemaakt voor de gekwetste, bedroefde mens. Luistertijd voor verhalen van verlies, stiltetijd voor dat wat niet te verhalen is.
Er ‘moet’ niet zoveel ...
In het huis van troost zijn mensen beschikbaar die bereid zijn tot ‘beluisteren’, tot ‘meeleven’. Meevoelen, deel worden van het verhaal van bedroefde mensen onderweg is in onze huidige maatschappij allerminst vanzelfsprekend. Gehoord worden met een verhaal dat vaak zo moeilijk in woorden te vatten is, gehoord worden met een zo persoonlijk verhaal dat het alleen in volle vertrouwen kan verteld worden is evenmin vanzelfsprekend.
Vanuit een diep geloof in verbondenheid over de grenzen van het leven, werd doorheen de tijd de eerste evangelische zin van het grotere verhaal van ‘Het Huis van Troost’ geschreven: “ik was bedroefd en gij hebt mij getroost”.
Het ontstaan van ‘Het Huis van Troost’ ligt in de openheid om het persoonlijk verhaal van zo veel mensen te zien als één universeel verhaal. Rouwen is een tijd stilstaan bij jezelf maar dankzij ‘de Andere’ opnieuw het vertrouwen te krijgen om verder te gaan en open te staan voor ‘elk ander’.
Gemis is geen leegte, geen braakliggend stuk grond …gemis is vooral een plaats geven aan wat je vasthouden wil, gemis is bijhouden wat nooit verloren raakt … is steen voor steen bouwen aan een nieuwe invulling, een toekomst, een ‘Huis van Troost’.
Vertrouwend op de zinvolheid en de nood aan zo een project is van meet af aan gezocht naar samenwerking. Mensen en organisaties werden gezocht en verzocht om mee te werken vanuit hun eigen bewogenheid, geloof en creativiteit.
‘Het Huis van Troost’ laat zich inspireren door de Geest van het evangelie, en wil uitdrukkelijk een open huis zijn voor mensen van alle gezindten. Verdriet kent geen onderscheid van cultuur, kleur of overtuiging. Iedereen wordt er ooit door geraakt en daarom willen we geen overtuiging opdringen maar vooral op onze manier, vanuit onze christelijke overtuiging, als ‘troostende mens’ aanwezig zijn. Medewerkers worden aangesproken om hun engagement, zij het in hun bereidheid om van tijd tot tijd beschikbaar te zijn voor hen die aanlopen in het ‘Huis van Troost’, zij het creatief in het werken met beeld en woord.
Mensen met verdriet zijn kwetsbaar. ‘Het Huis van Troost’ zoekt daarom ook in zijn samenwerking met andere organisaties en in de ‘inhoudelijke ondersteuning’ van de mensen die zich in het huis engageren, een kwaliteitsvolle troost te bieden. Het is geen vrijblijvend engagement, maar een ernstig project dat in de toekomst zijn eigen ‘zin en plaats’ wil waarmaken, een ‘naam’ wil dragen in een vaak ‘anonieme’ grote stad.
Tenslotte wil ‘Het Huis van Troost’ een inspiratiebron zijn voor gelijkgestemde initiatieven. Deels zijn we op weg gegaan, deels hebben we de weg moeten aanleggen waar ook anderen nu kunnen gebruik van maken.
Vanuit een diepe overtuiging en vanuit een grote bescheidenheid werd en wordt ‘Het Huis van Troost’ gerealiseerd. Even groot is de overtuiging dat één ‘Huis van Troost’ niet aan alle noden zal kunnen beantwoorden. In die geest is het ‘Het Huis van Troost’ niet alleen een poging tot antwoord maar even goed uitnodiging tot navolging.