Teksten

 

 

De hoop volgt het eigen pad naar de bron,
de bron van het kleine doen in dienstbaarheid.
Daar puurt ze vreugde in het geven.
Daar is hoop voor nu en morgen
bij de levensbron
diep en altijd fris ...
(Theo Willemen)

Ik was zeker dat je me niet verlaten zou
morgen misschien zul je terugkomen
of anders overmorgen of wie weet wel nooit
maar je kunt me niet verlaten ...
(Hans Lodeizen)

Onze weg bestaat niet
uit zacht gras,
het is een bergpad vol stenen.
Maar het loopt omhoog, voorwaarts,
in de richting van de zon ...
(Ruth Westheimer)

Vogels zingen ook als de tak kraakt,
want ze weten dat ze vleugels hebben ...
(S. Diaz Miron)

 

Als je denkt dat alles verloren is
kan er plots een vogel beginnen te fluiten ...

Wees de kracht in ons midden.
Leid ons naar het land van Uw belofte ...

 

 

 

 

 

‘Ooit zal je ergens een huis vinden.
Er is een huis dat op je wacht,
en je zult het herkennen aan zijn bron …
Het huis, zoals het tussen de plooien
van het landschap was ingeplant,
leek volkomen vergroeid met zijn omgeving,
de bomen en de grond.
Of het er altijd zo had gestaan.
Het had iets sacraals.
Eenvoudig, en tegelijk adembenemend mooi.
De verweerde bank naast de deur, de waterpomp,
de treurwilg midden op het gazon,
de bloemen, de knotwilgen langs de kant.
En je zult het herkennen aan zijn bron …
Er was iets met het huis.
Ik had het onverklaarbare gevoel of het
al die jaren op me had gewacht.
Het heeft me gekoesterd en beroerd.
Wist je het, van het water, vroeg mijn vriend,
toen we later weer wegreden.
Het huis is gebouwd op een bron …’

Uit ‘Een cirkel van liefde’ Rosa Wouters